12 sep ONTOEGANKELIJK 1662
Op jeugdige leeftijd maakte ik kennis met de hoorn van een telefoon. Hij viel precies op mijn hoofd omdat een onverlaat deze incorrect had opgehangen. Het was een keihard, zwart bakeliet wandapparaat dat verbinding kon leggen met een paar andere abonnees in de omgeving. Het betreffende ding, hing bij de dorpssmid op de gang en was na een exemplaar bij de burgemeester en de huisarts een van de drie toestellen in het dorp. Bij de smid maakte het hele dorp gebruik van dit ultra moderne communicatieapparaat van uitvinder Bell. Elk individu die een kwartje per gesprek wilde neertellen mocht bellen met politie, brandweer en de rijke familietak die toevallig ook zo’n ingenieus apparaat had. De draaischijf was een vernuftige uitvinding Traag maar gestaag kregen steeds meer mensen een dergelijk bakelietje aan de wand in de gang. Regelmatig ging de schop in de grond en slokte de aarde weer een nieuw kabeltje om een aansluiting te realiseren .
Niet veel later kwam het eerste telefoonboek uit en de jaarlijkse uitgave hiervan groeide in de loop der jaren tot forse omvang. Alle abonnees uit de regio stonden er in, want het was ook een bewijs van rijkdom. Telefooncellen werden uit de grond gestampt en de wereld was bereikbaar. Fantastisch gewoon. Nu zestig jaar later zijn de vaste aansluitingen zo goed als verdwenen. Grote bedrijven en instanties hebben de telefoniste het huis uit gedaan en het telefonisch contact opgeheven. Je kunt grote bedrijven niet meer telefonisch bereiken. Je zoekt je onnozel veelal zonder resultaat. Luk het bij uitzondering wel dan krijg je standaard een bandje te horen waarop een stem meedeelt: “Al onze medewerkers zijn in gesprek, een ogenblik geduld aub”. Ga maar rustig koffie zetten hoor. Langdurig wordt hierbij je geduld op de proef gesteld. Er is meestal maar één medewerker die heel Nederland op zijn gemakje bedient. Soms zelfs niet een. Een laatste trucje is dat de verbinding plots wordt verbroken als na lang wachten eindelijk iemand je oproep aanneemt. Chatten met een robot is het nieuwe communicatiemiddel. Nou als ik ergens een hekel aan heb… Ik heb behoefte om gewoon met een mens te overleggen. Om direct vragen aan een levend wezen te stellen, om mijn klachten aan een individu door te geven. Om mondeling advies te vragen aan een deskundige met een kloppend hart. Om begrip en actie te krijgen van een bedrijf of instantie welke wordt vertegenwoordigd door een homo sapiens. Kortom door een intelligent primaat. Nu ga ik s ’avonds witheet en dampend van kwaadheid naar bed en woel de hele nacht met de vraag ‘Waarom word ik als Nederlands individu levend in een zeer moderne maatschappij, in een beschaafd en ontwikkeld land, niet serieus genomen?’ Het is te zot voor woorden en heel slecht voor je rikketik. Nondedjuu !!!
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.